“Het warme bed”

De hechte band tussen mens en duif

De Amerikaanse president Ronald Reagan zei ooit:  “Een van de mooiste momenten die een mens kan beleven is thuiskomen, wetende dat achter de deur iemand wacht die erg blij is om je te zien”.

Tijdens een filmopname bij Willem sprak ik met zijn verzorger Wybren Vreeling. Zijn getuigenis over de discipline, zeg maar de ongeziene hevigheid en vastberadenheid waarmee de duiven thuiskwamen, is me bijgebleven. Ze wilden steevast vooral en voor allen “thuis” zijn. Naast het fysieke vermogen, moet er ook de hunker zijn.
“Homing Pigeon” betekent letterlijk “naar-huis-vlieg-duif” Er is onmiskenbaar een affectieve band tussen mens en dier in het algemeen en tussen mens en duif in het bijzonder.

De drang naar dat schapje, dat bakje in dat vertrouwd hok, onder dat vertrouwde dak, van dat heilige “territorium” waar het in de biologische wereld om draait.

Er heeft hierover een studie plaatsgevonden. 👉🏻

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7758459/

In deze complexe analyse bleek dat het nabijheidzoekende gedrag van de duif naar de liefhebber een van de sterkste factoren was. Toekomstige studies om meer inzicht te krijgen moeten meer aandacht besteden aan de gedragsobservatie van uit het perspectief van de de duif.

Over zijn zoektocht naar de beste aanpak concludeert Willem dat de eerste ontmoeting met Comed (*) aanvoelde als een warm bed. Duidelijker en eerlijker kan je het niet formuleren.

Hoe behaaglijk is het als de combinatie van de wetenschappelijke analyse en het intermenselijke vertrouwen leidt tot succes….?

Bekijk en beluister zijn meeslepend verhaal 👇
(* intussen 15 jaar geleden samen met Michel Vanlint)

Het verhaal achter Willem De Bruijn

…Welkom hier in Reewijk, waar ik al sinds 1983 de duivensport op een erg hoog niveau beoefen. In mijn jeugd – ik kom uit Gouda en ben een binnenstadskind – was duiven hebben echt een jongensding. Ik voelde toen al dat ik meer met duiven kon dan mijn vrienden. In twee jaar was ik kampioen in de regio en in drie jaar kampioen in de provincie.

Ik was wel enorm gedreven. Ik was erg bezeten om aan iedereen te tonen hoe goed ik was. Ik deed alles op het maniakale af. Ik had wel een jong gezin, maar het lukte me toch. Om half 6 ’s ochtends opstaan en de jongen naar de training brengen. Snel naar huis, de duiven doen, de jongen weer ophalen van de training. En dan naar mijn werk. Ik werkte veertig jaar als tandarts en ik heb voor de duiven nog nooit één dag verzuimd. Het zorgde er wel voor dat ik de goede liefhebbers opzocht, dat doe ik nog steeds.

Altijd proberen om beter te worden, nooit tevreden zijn. Als er iets was waardoor ik nóg meer zou kunnen presteren, dan deed ik dat. Dat mondde uit in bijna dagelijks met de duiven gaan rijden. 70 km naar de grens en overdreven medicijngebruik. Ik had door mijn opleiding natuurlijk wel enige medische kennis. De resultaten waren enorm. Maar door dat maniakale dat ik toen had, ben ik vergeten te genieten van alles. Ik kan me heel weinig herinneren van mijn prestaties omdat ik zo fanatiek was.

Als er een vlucht voorbij was, was ik alleen maar bezig met de prestatie van het volgende weekend. Op een bepaald moment denk je: ‘Ben ik eigenlijk wel goed bezig?’ Tegenwoordig ga ik ervan uit dat je een duif moet hebben van een werkras. Die moet presteren en vitaal zijn. Zo’n duif moet het aankunnen om in de mand een besmetting op te lopen en dat na een paar dagen onder controle weten te krijgen.

De tussenkomst van Comed

Ik ga nu uit van de natuurlijke kwaliteiten en weerstand van de duif. Daarbij ben ik geholpen. Ik richte ook mijn blik op iemand die er verstand van heeft. Zoals Jean-Louis Jorissen van COMED. Sinds de gesprekken bij COMED, vind ik waarnaar ik al jaren naar op zoek was.

Toen ik de COMED-producten zag, en vooral na het gesprek met Jean-Louis, kwam ik erachter : dat was het, EIGELIJK EEN SOORT WARM BED van ‘dat wil ik’. Ik wil niet meer bang zijn of ik wel genoeg doe. Als ik dat medicijn niet geef dan gaat het presteren minder worden. De kwaliteit van de duif staat bij mij helemaal voorop. Niet de medicijnen of veel rijden met de duiven. Doorheen de jaren laat ik steeds meer dingen weg. Maar dat kan alleen maar door die producten die de duiven ondersteunen.

Een voorbeeld. Als je jonge duiven speent op vier weken, zien ze er geweldig uit. Rond de zesde week vallen ze altijd terug. Verduisterde jonge duiven, ‘winterjongen’, beginnen te ruien. Dat is voor tien dagen tot twee weken, en dan stopt de rui. Dan maken ze een infectie door. Vaak is dat darmgerelateerd. Wanneer ik het product RONI geef, wordt het darmmilieu zuurder. Dan heb je minder makkelijk foute bacteriën. Sommige mensen denken dat ze dat met azijn kunnen doen. Maar dat neutraliseert in de maag en geraakt niet tot in de darm. Je hebt een product nodig dat door de maag in de darm komt en daar een zuurder milieu veroorzaakt. Als ik nu de jonge duiven speen, dan ent ik ze altijd eerst in met paramixo en rota . Dan geef ik ze twee maanden lang elke dag een ondersteunend product in de vorm van RONI. Die darmwerking is dan altijd rustig en goed. Het ruien van de winter- en verduisterde jongen gebeurt altijd in één ruk. Ze hebben dan al na drie maanden ouderdom het volledige pak oude-duiven-veren.

Er zijn ook bijproducten. STOPMITE geef ik in het seizoen dagen achter elkaar. De duiven hebben dan minder last van parasieten en luizen. Ook de mest wordt goed én het is goed voor de luchtwegen. Je ziet aan de duiven dat ze er goed op reageren. Al die producten zijn ter ondersteuning, het zijn geen medicijnen. Ze zijn ziek en je geeft het, en ze worden beter, nee. Door duiven die ondersteuning te geven, zorg je dat ze het maximale eruit halen. Ik probeer die duivensport zo simpel mogelijk te houden. Elke dag hetzelfde. Een beetje van dit, een beetje van dat…standaardvoer maken. Als je last van luizen hebt, doe eens twee weken alleen maar STOPMITE over het voer. Maak het aan met LISOCUR+

Of met CUROL, daar zit wat meer vet in. Dat gebruik ik liever ter ondersteuning tijdens verdere vluchten waarbij meer vetten nodig zijn. Eigenlijk vind ik duivensport helemaal niet zo ingewikkeld. En tóch is het gecompliceerd. Mensen maken het ingewikkeld. Probeer een goed hok met goede duiven te hebben. En probeer die zo goed te behandelen door altijd hetzelfde te doen. Daar reageren dieren goed op. Niet op elke dag iets verschillend. Als je goede duiven hebt, zorg dan ook voor een goed hok waar ze niet ziek worden. Niet té dicht, zorg voor frisse lucht of voor een mindere bezetting. En zorg voor een goed supplement als basis, om alle tekorten aan te vullen. Dan moeten de vorm en goede prestaties er komen…

 …….70 onbevlogen jongen geveild voor 1 miljoen…..duizelingwekkend …..

Het ongezien sportieve succes van Willem is hem gegund in het bijzonder door de transparantie van zijn aanpak en de eenvoud waarmee hij als mens dit over zich heen laat komen.

Dat Comed bij Willem aanvoelde als “het warme bed” beschouwen wij in alle nederigheid als een grote eer …

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Older Post Newer Post