Antibiotica: stand van zaken.

Eerder trokken we al aan de alarmbel voor misbruik van antibiotica. Zoals je weet, is dit een fundamenteel probleem waarbij de vooruitzichten weinig hoopvol zijn. Er is namelijk al 40 jaar geen nieuw antibioticum meer gevonden en tegen de bestaande treedt steeds meer resistentie op.

Geleidelijk aan komt er vanuit de liefhebbers meer bewustwording voor het probleem. We kunnen dus voorzichtig stellen dat het in de lage landen en in het bijzonder in Vlaanderen de goede kant op gaat, toch zijn we er nog lang niet.

Gezien de politieke bewegingen, zoals PETA in Duitsland, is het cruciaal dat er in de duivensport geen misbruik wordt gemaakt van antibiotica. PETA eist namelijk drastische beperkingen of zelfs de volledige afschaffing van de duivensport.

Onderstaande case is een schrijnend voorbeeld van de therapeutische waanzin waarin de duivensport nog steeds verstrengeld zit.

Een voorbeeld uit Polen.

Duif bekIn augustus 2019 werd in de universiteit van Warschau (Polen) een duif binnengebracht met ernstige klinische verschijnselen: droge knobbelvormige, geelachtige letsels op de oogleden met daarbij uitpuilende zwarte pokken die aan de neusgaten maar ook aan de bek kleefden. Bovendien waren er ook bijkomende abcessen in het verhemelte.
Dit is een typisch beeld van een virale pokkeninfectie met difterie van huid-
en slijmvliesontstekingen. Er werden uitstrijkjes uit de bekholte verzameld en deze werden nadien ontleed met de isolatie van volgende ziekteverwekkers:
  • Staphylococcus aureus, beter gekend als de beruchte en hardnekkige ziekenhuisbacterie

Staphylococcus aureus Staphylococcus aureus (Bron Wikipedia)

  • Niet hemolytische Coli, van een onschuldige darmbewoner tot varianten die gevaarlijke darmbloedingen veroorzaken

E. Coli E.Coli (Bron Wikimedia)

  • Candida Albicans, een schimmel

Candida Albicans Candida Albicans (Bron Wikipedia)

De Staphylococcus aureus is resistent tegen alle geteste bètalactam-antibiotica, denk hierbij aan een penicillinemolecule met een fragiele centrale ring, zoals zichtbaar op onderstaande foto. Bovendien is het ook bestand tegen amikacine, gentamycine, tetracycline, doxycycline, florfenicol en clindamycine en erytromycine. Intermediaire gevoeligheid werd alleen bevestigd voor enrofloxacine. De detectie van het mecA-gen (het vermogen tot resistentie) in de Staphylococcus aureus-stam correleerde met het antimicrobiële resistentiefenotype dat wijst op MRSA (methicilline-resistente S. aureus).

Beta-lactamring

In het blauw de beta-lactamring in een penicilline molecule die door een enzyme van resistente ESBL-kiemen wordt opengebroken (Bron Wikipedia).

Verdere analyses onthulden dat E. coli enkel een gedeeltelijke gevoeligheid had voor amikacine, dit werd door de WHO op de lijst van essentiële antibAmikaciniotica geplaatst. Daarnaast was hij resistent tegen alle gebruikelijke antibiotica.

Denk aan amoxicilline met clavulaanzuur, cefpodoxim, cefalothine, gentamicine, tetracycline, doxycycline, sulfamethoxazol met trimethoprim, florfenicol, enrofloxacine en ampicilline.

 

Amikacin (bron Wikiwand)

Beide bacteriën waren resistent tegen ten minste drie antimicrobiële klassen en konden dus worden geclassificeerd als multiresistente pathogenen.

In het mycologisch (schimmel) onderzoek was Candida albicans resistent tegen clotrimazol, natamycine, flucytosine en amfotericine. Ook was hij middelmatig gevoelig voor ketoconazol, nystatine en econazol.

De eigenaar van deze duif heeft “kennelijk”, ondanks het resultaat van het antibiogram, 10% florfenicol  - verkregen van onbekende bron - oraal toegediend. De afloop van de ziekte bleef onbekend.

De feiten.

In deze zaak werden drie verschillende ziekteverwekkende micro-organismen geïsoleerd uit een aangetaste postduif die alledrie multidrug-resistent waren.

Hoewel de verhoogde resistentie tegen antimicrobiële stoffen in bacteriën en schimmels inmiddels goed bekend is, komen fouten bij antimicrobiële therapie nog vaak voor. Zo worden antibiotica nog steeds 'blind' toegediend, zonder voorafgaand microbiologisch onderzoek en is de medicijnkeuze vaak willekeurig.

Het is belangrijk dat antimicrobiële therapie gebaseerd is op de resultaten van een antibiogram (antimicrobiële gevoeligheidstesten) én op voorschrift van een dierenarts. In veel gevallen is het gebruik van antibiotica niet nodig omdat de oorzaak van een ziekte vaak niet bacterieel is.

antibiogram

Voorbeeld van een antibiogram 

Een ander veel voorkomend probleem is een verkeerde dosering en een te lange of te korte duur van de behandeling. Vaak wordt de therapie niet voortgezet zodra de klinische symptomen verdwijnen.

Aan wedstrijden deelnemende postduiven worden vóór het evenement vaak preventief antibiotica gegeven om elke mogelijke ziekte te behandelen. Dit doet men zelfs als de duif geen klinische symptomen vertoont. Bij de sier- of huisduivenfokkers komen nog meer onverantwoorde praktijken met betrekking tot antibioticagebruik voor.

Vaak worden antimicrobiële cocktails (preparaten bestaande uit antibiotica uit verschillende klassen) gekocht van onbekende bronnen en worden deze nadien gedeeld tussen kwekers. Deze cocktails kunnen niet alleen antimicrobiële stoffen bevatten die geregistreerd zijn voor duiven of andere dieren, maar ook stoffen die zijn geregistreerd voor mensen.

De resistentie van E. coli tegen enrofloxacine (bijvoorbeeld Baytril) en doxycycline (bijvoorbeeld Soludox), evenals de resistentie van Stafylococcus aureus tegen doxycycline en de gedeeltelijke gevoeligheid voor enrofloxacine, kunnen in verband worden gebracht met een uitgebreid gebruik van die antimicrobiële middelen. Deze zijn in Polen goedgekeurd voor de behandeling van duiven.

Verdere analyse van de resistentieproblematiek.

Soortgelijke waarnemingen rond ziektekiemen werden eerder beschreven bij duiven door andere onderzoeksgroepen in diverse landen.
De resistentie tegen onderstaande antibiotica die in Polen niet geregistreerd zijn voor gebruik bij duiven, suggereert de mogelijke verwerving van resistentie via andere bacteriën. Net zoals een effect van selectieve druk veroorzaakt door ongeautoriseerde behandelingen met antibiotica uit deze drie klassen.
  • aminoglycosiden (gentamicine, tobramycine en de semisynthetische derivaten netilmicine en amikacine)
  • macroliden (erytromycine)
  • fenicolen (chloramfenicol groep)
Tot op heden werd er (gelukkig) maar één rapport over de aanwezigheid van MRSA (meticilline-resistente stafylokokken) bij duiven gemeld in Polen.

Multiresistente, biofilm-producerende MRSA stammen werden ook gevonden in duiven met conjunctivitis (oogontsteking) in Iran. Bovendien werd in Italië aangetoond dat duiven gekoloniseerd kunnen worden door MRSA (meticilline-resistente S. aureus). In deze studie vond men ook multiresistente E.coli.

Eerder werd aangetoond dat duiven een reservoir zijn van multiresistente E. coli, inclusief ESBL-producerende stammen die in staat zijn de centrale “beta lactamring” van penicilline te breken.

Men ontdekte ook dat wilde duiven ESBL-positieve E. coli-stammen in zich droegen.

Cumulatieve gegevens, gebaseerd op de analyse van beschikbare publicaties over antimicrobiële resistentie bij E. coli geïsoleerd uit duiven, hebben aangetoond dat de meerderheid van hen resistent was tegen tetracyclines. De reden hiervoor kan zijn dat tetracyclines geregistreerd zijn voor vogels in veel Europese landen, waaronder Polen.

Fluoroquinolonen is een andere klasse van antimicrobiële stoffen (familie Baytril) die voor vogels geregistreerd zijn. Daarnaast werd volgens cumulatieve gegevens van diverse studies gemeld dat 29% van de stammen resistent was.

Het hoogste percentage stammen was resistent tegen olaquindox, een antibioticum in gemedicineerd dierenvoeder dat vooral gebruikt wordt als groeibevorderaar bij nutsdieren. Echter kwamen de gegevens over dit antibioticum slechts uit één Chinees onderzoek. Daar vergeleken de onderzoekers de verschillen in resistentie tegen verschillende klassen antibiotica van E. coli-stammen die zijn geïsoleerd uit wilde en tamme duiven. In het algemeen vertoonden E. coli-stammen verkregen van tamme duiven een hogere mate van resistentie tegen alle geteste antimicrobiële stoffen, behalve nitrofurantoïne.

Het is vermeldenswaardig dat de meeste onderzoeken naar het voorkomen van multiresistente zoönotische ziektekiemen (die ook op de mens kunnen overgaan [°]) betrekking hadden op wilde duiven. Deze infectieuze kiemen werden geïsoleerd uit uitwerpselen van gezonde vogels. Er worden er slechts beperkte gegevens bijgehouden over het aantreffen van dergelijke ziektekiemen uit klinische monsters. Deze worden wel voornamelijk verkregen uit postduiven.

[°] We verwijzen graag naar een verdienstelijke presentatie van Elkerliek inzake de resistentie problematiek op Europees niveau. 

Besluit.

Het is duidelijk dat de drie besproken ziektekiemen - die ook op de mensen kunnen overgaan - de duif als vaste gastheer hebben. De duiven kunnen hiermee in evenwicht leven, zelfs in die mate dat ze aangetroffen worden bij gezonde duiven in het wild.

In de kliniek worden de ziektekiemen routinematig aangetroffen bij (tamme) postduiven. Dit toont aan dat door het misbruik van antibiotica het subtiel evenwicht verstoord raakt en daarmee het risico voor de mens substantieel toeneemt.

Micro-organismen die al 200 miljoen jaar op de aarde wonen laten niet zomaar met zich sollen door wat geplaag met antibiotica. Zij slaan nu efficiënt terug. Wij hebben er geen antwoord op en we staan er dus een beetje bij als opgebrande heiligen. (Om dan nog maar te zwijgen over virussen.)

COMED ontwikkelde daarom al decennia geleden een eigen visie inzake de aanpak van infecties in de duivensport waarbij geen antibiotica meer worden toegediend, namelijk met de resistentie selectie. Als we dan toch duiven moeten selecteren, doen we het beter op basis van hun weerstand tegen deze kiemen. De duiven die met het inzetten van de Comed schema’s de verwachtingen niet kunnen inlossen, laten we alsnog achter.

Uiteraard hebben wij alle respect voor de klassieke geneeskunde en de waarde en de juiste plaats van de antibiotica in een medisch perspectief. Daarom moeten antibiotica altijd onder het toezicht van de dierenarts worden toegediend.

  • Hij onderzoekt of en wanneer antibiotica nodig zijn.
  • Hij weet best welk antibioticum, wanneer, in duif dierenartswelke dosering en hoe lang moet worden verstrekten dit al of niet na een laboratoriumtest (antibiogram).

Natuurlijk vereist dit een vertrouwensrelatie met de dierenarts. Het is belangrijk dat voorgeschreven behandeling stipt wordt nageleefd.

 

“Gezondheid is een ernstige zaak: ofwel kies je voor een behandeling op maat bij je dierenarts, ofwel kies je voor de resistentie-selectie met de schema’s van de apothekers van Comed.”

comed_apothekers

Er is geen andere weg!

 


Older Post Newer Post