Kleine tekorten, grote gevolgen.

Meer is niet altijd beter. 

Voeding is zeer complex en het is onze grootste zorg, zeg maar ons vak, om de inzichten hierin gedurig te verfijnen. We ondervinden steeds meer dat supplementen geven omzichtig moet gebeuren  en dat het niet opgaat om zo veel als mogelijk aan te vullen. Niets is wat het blijkt….

Tijdens de kweek doet iedereen zijn uiterste best. De liefhebbers geven vaak blijk van vlijt en toewijding, maar slagen niet helemaal in hun opzet, ondanks het vele werk. De drang naar perfectie kan het oordeel vertroebelen met risico op overvoeding. In deze blog benadrukten we het belang van de juiste dosering van de vitamines, vooral vitamine B6 en de gevaren ervan bij hoge dosis.

Supplementen zijn ingewikkelder dan men denkt!

Daarnaast bestaan ook de spoorelementen. Het zijn mineralen die in zeer kleine hoeveelheden (vandaar ook de naam oligo-elementen) een katalytische werking hebben. Ze zullen belangrijke chemische processen opstarten of in stand houden, waarbij ze niet worden opgenomen door de stofwisseling. Door hun relatieve giftigheid zijn ze reeds streng gereglementeerd qua gebruik in de voeding.

Het duivenvoer bestaat meestal enkel uit granen waarin de gehaltes aan oligo-elementen vanuit de natuur sowieso binnen de grenzen zijn. Dit in tegenstelling tot de bereide diervoeder (vb. geëxtrudeerde korrels, meel) etc.

Zink onderzoek


Zink komt tussen in de vorming van meerdere enzymen en van het embryo. Tekort veroorzaakt bij de jonge duiven slechte bevedering, zwakke groei, schilferende huid. Bij volwassen duiven verminderde leg, dunne eierschalen, slecht uitkippen. Zink werkt het best indien het biochemisch gebonden is met het aminozuur methionine.

Er zijn testen op 180 jonge duiven mee gedaan en de invloed op de groei, het immuunsysteem en de darmflora werd gemonitord tot op de 28ste levensdag. Ze kregen in deze proef via het drinkwater een lage dosis zink methionine van 2mg per dag per duif, een hoge dosis 10mg per dag per duif en helemaal geen zink toegediend. De eerste vaststelling betrof een duidelijke verbeterde groei in de  groep die zink kreeg toegediend, ten opzichte van de controlegroep die geen zink toegediend kreeg. Deze jonge duiven hadden ook een zwaardere milt, -thymusklier en - beurs van Fabricius, drie belangrijke organen van het immuunsysteem. Ook waren de moederlijke antistoffengehaltes (Newcastle hemagglutinatie inhibitie en alpha-naphthyl acetate esterase) beduidend hoger in de groep van zink gesupplementeerde jonge duiven. Bovendien had de groep met 2mg zink methionine hogere populaties aan  goede darmkiemen (Bacillaceae, Lactobacillus, Enterococcus en  Bifidobacterium) op dag 14 en dag 28, maar lagere populaties aan  ziekteverwekker Escherichia coli op dag 28 tegenover de controle groep. Daarentegen waren de populaties Lactobacillus, Enterococcus en Bifidobacterium duidelijk lager bij de 10 mg zink-met op dag 28. Deze studie toont dus aan dat aanvulling met zink methionine een positief effect heeft op de groei, het immuunsysteem en de darmflora bij duiven. Een dosis van 2 mg is duidelijk beter dan 10 mg. 

Advies: 
  • zink 50-70 mg per kilo voer 
  • toxisch vanaf 1000 mg 

Selenium onderzoek

Bij selenium werden drie dosissen getest. De duiven kregen respectievelijk 0,5 mg, 1 mg en 1,5 mg natrium seleniet per dag per kg droge voeding.

De groep van 
  • 1 mg had een duidelijk hogere vruchtbaarheid, meer eieren, meer uitkipping en minder sperma sterfte.
  • 1,5 mg verhoogt de concentratie van selenium in diverse lichaamsdelen. 
  • 0,5 mg verhoogd enzymatische activiteit die beschermd tegen oxidatieve stress.
Dus ook hier is te hoge dosis selenium nadelig gezien dat overschot zich dan onnodig ophoopt in diverse organen. In combinatie met vitamine E is er synergie waardoor dit nadeel gedeeltelijk kan afgevlakt worden. Ook hier blijkt het belang van een goed uitgebalanceerde aanpak met supplementen en wordt wederom het belang  van een regelmatige dagelijkse dosering in tegenstelling tot op afwisselende dagen, geïllustreerd.

Verder nog gegevens van andere oligo elementen:


Mangaan 
  • 50 mg per kilo voer
  • neemt deel aan de opbouw van enzymen 
  • bij tekort typische poot misvormingen o.m. naar buiten draaien bij de jonge duiven (perose) 
  • verminderde leg 
  • toxisch bij 1000mg per kilo

Koper 
  • 4 mg per kilo voer
  • bevindt zich in elke cel, vooral in de lever en het zenuwweefsel 
  • bij te kort lage groei, verhoogde sterfte, bloedingen…
  • toxisch van 25 tot 500 mg

Jodium 
  • 3 mg per kilo voer
  • is een bestanddeel van de schildklier die zich met hele metabolisme moeit 
  • bij tekort verharding en opzwellen van de schildklier en slecht uitkippen 
  • toxisch vanaf 45 tot 150 mg per kilo

Cobalt   
  • behoefte geen gegevens bekend 
  • maakt deel uit van vitamine B12 (vandaar de naam: cyanocobalamine) en het activeert een aantal enzymen 
  • toxisch vanaf 4 mg per kilo 

Ijzer 
  • 200 mg per kg voer
  • onderdeel van hemoglobine (rode kleur van het bloed)
  • zorgt voor het transport aan zuurstof en deelneemt aan de ademhaling 

 

Omdat  “ik geef dit of dat een paar keer per week” nog steeds erg leeft onder de liefhebbers, benadrukken we nogmaals dat de kweek schema’s van COMED ingegeven zijn op onderzoeken en testen met een dagelijkse toediening als basisregel. Liever een halve dosis elke dag dan 2 of 3 keer per week en grote dosis. 

 


Older Post Newer Post